Een opera in drie bedrijven, met muziek van Giuseppe Verdi (1814-1901) en een libretto van Francesco Maria Piave, gebaseerd op de roman La dame aux camélias van de Franse schrijver Alexandra Dumas (junior).
La Traviata, dat uiteindelijk een van Verdi’s meesterwerken werd, ging op 6 maart 1853 in première in het Venetiaanse Gran Teatro La Fenice, maar oogstte geen succes. Het eerste bedrijf verliep goed, maar vanaf het tweede bedrijf begon het publiek honende opmerkingen te maken, vooral gericht op de bariton, de tenor en de sopraan (die men te oud en te dik vond voor de leidende rol van Violetta). In 1853 en 1854 bracht Verdi diverse wijzigingen aan, waarna het stuk opnieuw werd opgevoerd in Venetië (in het Teatro San Benedetto). Ditmaal was het een groot succes, en tot vandaag de dag geniet de opera grote populariteit.
In La Traviata uit Verdi scherpe kritiek op maatschappelijke ongelijkheid, het onderwerp dat het fundament is van de tragische vertelling die in deze opera tot leven wordt gewekt. Verdi’s dramatische zeggingskracht komt voort uit de subtiele muzikale variaties die de wisselende gemoedstoestand van de hoofdkarakters weerspiegelen, waarbij hij erin slaagt de uiteenlopende emoties (passie, afwijzing, vertwijfeling) nauwgezet weer te geven.
In de periode waarin Verdi La Traviata schreef, speelde in zijn persoonlijke leven een situatie die vergelijkbaar was met die in de opera. Hij had een relatie met Giuseppina Strepponi (in haar jonge dagen een beroemde prima donna), die in 1897 stierf. Hun levenslange verhouding (die door veel mensen in de Italiaanse maatschappij van destijds werd afgekeurd omdat men deze als onzedelijk en beschamend beschouwde) speelde een grote rol bij de totstandkoming van de opera, die een van de meest tragische aller tijden is.
La Traviata (met als decor het 19e-eeuwse Parijs en zijn omgeving) is in veel talen vertaald en is overal ter wereld opgevoerd in talloze operahuizen en concertzalen.